zaterdag 3 april 2010

413. Laurataart.

100 gr. bloem.
100 gr. boter.
100 gr. suiker.
100 gr. (gepelde) amandelen.
± 1 gr. zout.
± 2 eetlepels jam.
wat poedersuiker.

Wel en pel de amandelen, hak ze fijn; doe ze met bloem, bo-
ter, suiker en zout in een kom; kruimel de boter met behulp van
2 messen erin fijn en kneed er vlug een goed samenhangende
bal van. Verdeel deze in 2 gelijke stukken; rol elke helft uit
tot eenzelfde grootte en eenzelfde vorm en ± 1 c.M. dikte.
(Het gemakkelijkst is het wanneer men een platte ronde
taartvorm heeft, waarin men de stukken na elkaar bakt; ze
worden dan precies gelijk). Bak de 2 koeken in de beboterde
taartvorm of op een beboterd bakblik in een matig warme
oven gaar en bruin (± 1/2 uur). Laat ze bekoelen, leg ze op
elkaar met de jam ertussen en stuif er door een zeef wat
poedersuiker overheen.