zaterdag 3 april 2010

410. Zandkoekjes.

200 gr. bloem.
150 gr. boter.
100 gr. basterd~ of gezeefde poedersuiker.
± 1 gr. zout.

Doe de verschillende bestanddelen bij elkaar in een ondiepe
kom. Kruimel de boter met behulp van 2 messen zeer fijn door
de bloem en de suiker. Kneed alles vlug met de hand tot een
goed samenhangende bal, maar zorg, dat deze niet te week
wordt. Rol het deeg op een met wat bloem bestoven aanrecht
of plank en met een met bloem bestrooide deegrol, luchtig
uit tot ± 1/2 c.M. dikte. Keer het deeg tijdens het rollen af en
toe voorzichtig om, om vastkleven te voorkomen. Steek er met
uitsteekvormpjes (glaasjes of dekseltjes) koekjes van; leg deze
op een met boter besmeerd bakblik een eindje uit elkaar (opdat
ze bij het bakken niet aaneenvloeien) en bak ze in een matig
warme oven lichtbruin en gaar (± 15 à 20 min.). Laat ze
bekoelen en neem ze dan pas van het bakblik af.

N.B. Het deeg, dat na het uitsteken overblijft wordt weer
tot een bal gemaakt, uitgerold, enz.