403. Vruchtenbrood.
50 gr. gedroogde pruimen.
50 gr. gedroogde abrikozen.
50 gr. gedroogde vijgen.
50 gr. gepelde walnoten (of andere noten, naar smaak).
wat poedersuiker.
Was de vruchten, neem de pitten uit de pruimen; meng
alle vruchten en de noten dooreen en maal ze zeer fijn door
een (vlees~)molen. Maak van het mengsel kleine ronde bal-
letjes en wentel deze door wat gezeefde poedersuiker; òf, maak
er één grote rol van (in croquetvorm), wentel deze door de
gezeefde poedersuiker en snijd ze daarna in plakjes.