387. Blanc manger.
1/2 L. melk.
1/2 L. room (kook~ of koffieroom).
100 gr suiker.
20 gr. witte gelatine (± 10 à 12 bladen).
1 stokje vanille of 2 pakjes vanillesuiker.
Bereid deze pudding, evenals andere gelatinepuddingen,
bij voorkeur 1 dag vooruit.
Spoel de bladen gelatine stuk voor stuk af in koud
water, ze goed wrijvende tussen de handen. Zet ze
minstens 10 min. in ruim koud water te weken. Breng
de melk met de room (en het vanillestokje) in een omge-
spoelde pan aan de kook. (Bij gebruik van een vanille-
stokje bij voorkeur langzaam, in een goed gesloten
pan, opdat de vanillesmaak zich goed aan de melk meedeelt).
Los er de suiker in op. Neem de pan van het vuur, knijp
de gelatine stevig uit en los ze op in de hete vloeistof.
Neem er het vanillestokje uit of voeg de vanillesuiker toe.
Laat de massa onder af en toe roeren (opdat de gelatine niet
zakt) in de pan zover bekoelen tot ze geleiachtig begint
te worden. Giet ze dan pas over in de omgespoelde pud-
pingvorm, die er geheel mee gevuld moet zijn en laat de
pudding verder stijf worden. Stort de pudding (gaat dit
wat lastig, houd de vorm dan even in warm water, doch
niet te lang, daar anders de hele pudding weer zou smel-
ten!) en presenteer er droge wafeltjes of zandkoekjes bij.
N.B. Wanneer gelatine niet goed gewassen en ge-
weekt wordt bestaat er kans, dat de melk erdoor schift;
vandaar, dat men soms voor zekerheid de gelatine wel eerst
oplost en een klein beetje heet water; bij grondig wassen
en goed weken is dit echter niet nodig. Gelatine mag niet
meekoken.